Financiën programma Volksgezondheid en milieu

Lasten
De begrote lasten 2022 zijn € 310.000 lager ten opzichte van de begrote lasten 2021. Dit wordt vooral verklaard door:

• Dat vanuit 2020 € 323.000 aan budgetten is overgeheveld naar 2021. Dit betrof onder andere € 210.000 voor inzet vakleerkrachten Gezondheid en bewegen en € 113.000 voor de uitvoering van de Nota bewegen, leefstijl en gezondheid.
• Hogere bijdrage aan de GGD. Dit leidt in 2022 tot € 64.000 aan hogere lasten. Voor de volgende jaren stijgt de jaarlijkse bijdrage als volgt 2023: € 18.000; 2024: € 26.000 en 2025: € 26.000. Dit wordt veroorzaakt bijgestelde indexeringen en toename van het aantal taken. Voor de uitvoering van de rijksvaccinatieprogramma meningokokken en prenataal huisbezoek is circa € 15.000 via het gemeentefonds aan extra middelen ontvangen. De uitvoering hiervan vindt plaats via de GGD.
• Een structurele verlaging van het budget voor lokaal volksgezondheidsbeleid met € 51.000.

Lasten
De begrote lasten 2022 zijn € 6.000 lager ten opzichte van de begrote lasten 2021.

• Voor riolering geldt een kostendekkend systeem. Waarbij op begrotingsbasis het verschil tussen de lasten en baten wordt verrekend met de mutatie in de voorziening Riolering. Niet alle mutaties die betrekking hebben op riolering zijn op dit taakveld zichtbaar. Dit geldt voor de btw die verrekend kan worden via het BTW compensatiefonds (BCF). Hetzelfde geldt voor de mutatie in de reserve, straatvegen, kwijtscheldingen en overhead. Dit loopt via de taakvelden mutatie reserves, verkeer en vervoer, inkomensregelingen en overhead.

Lasten
De begrote lasten 2022 zijn € 272.000 lager ten opzichte van de begrote lasten 2021. Dit wordt vooral verklaard door:

• Dat in 2021 voor €292.000 aan incidentele middelen voor diverse duurzaamheidsprojecten is overgeheveld vanuit 2020.
• De verhoging van de reguliere bijdrage duurzaamheid met € 3.000 voor de jaren 2022 en 2023.
• Dat voor de bestrijding van de eikenprocessierups voor de jaren 2021: € 60.000; 2022: € 35.000 en 2023 € 30.000 beschikbaar is gesteld.
• De hogere bijdrage aan de RUD jaarlijks van circa € 100.000. In 2021 was bijna € 89.000 incidenteel beschikbaar gesteld voor afwikkeling van het oude dienstjaar 2020.
• Indexering van de toegerekende apparaatskosten stijgen jaarlijks de kosten met € 6.000.
• De lagere renteomslag. De kapitaallasten zijn vanaf 2022 € 1.000 lager.

Lasten
De begrote lasten 2022 zijn € 272.000 lager ten opzichte van de begrote lasten 2021. Dit wordt vooral verklaard door:

• Dat in 2021 voor €292.000 aan incidentele middelen voor diverse duurzaamheidsprojecten is overgeheveld vanuit 2020.
• De verhoging van de reguliere bijdrage duurzaamheid met € 3.000 voor de jaren 2022 en 2023.
• Dat voor de bestrijding van de eikenprocessierups voor de jaren 2021: € 60.000; 2022: € 35.000 en 2023 € 30.000 beschikbaar is gesteld.
• De hogere bijdrage aan de RUD jaarlijks van circa € 100.000. In 2021 was bijna € 89.000 incidenteel beschikbaar gesteld voor afwikkeling van het oude dienstjaar 2020.
• Indexering van de toegerekende apparaatskosten stijgen jaarlijks de kosten met € 6.000.
• De lagere renteomslag. De kapitaallasten zijn vanaf 2022 € 1.000 lager.

Lasten
De effecten van de geactualiseerde budgetten. Voor Afval geldt een kostendekkend systeem. Eventueel worden incidentele lasten eenmalig gedekt uit de egalisatiereserve tarief afvalstoffenheffing. Voor 2020 was dit € 75.000 en voor 2022 wordt het € 30.000 en vanaf 2023 wordt geen bijdrage vanuit de egalisatiereserve begroot.

Niet alle mutaties die betrekking hebben op afval zijn op dit taakveld zichtbaar. Dit geldt voor de btw die verrekend kan worden via het BTW compensatiefonds (BCF). Hetzelfde geldt voor de mutatie in de reserve, toezicht handhaving, zwerfafval, straatvegen, kwijtscheldingen en overhead. Dit loopt via de taakvelden mutatie reserves, openbare orde en veiligheid, verkeer en vervoer, inkomensregelingen en overhead.
Het werkelijke resultaat wordt in de jaarrekening verrekend met de mutatie in de egalisatiereserve tarief afvalstoffenheffing.

Lasten
De begrote lasten 2022 zijn €  5.000 hoger ten opzichte van de begrote lasten 2021. Dit wordt vooral verklaard door:

• Indexering stijgt jaarlijks het budget voor onderhoud begraafplaatsen met ruim € 5.000 .

• De fluctuaties in de onderhoudskosten gebouwen op de begraafplaatsen. In 2022 een stijging van € 5.000, in 2023 een daling van € 23.000 en vanaf 2024 geen verschillen.
• Indexering en aanpassingen van het toegerekende aantal uren. Voor 2022 een daling van bijna € 14.000 en de volgende jaren een stijging van de circa € 3.000 per jaar.
• De budgetten voor de begraafplaatsen zijn op grond van jurisprudentie vanaf 2021 weer inclusief btw begroot. Dit levert vanaf 2021 een nadeel op van € 42.000.